Eigen voedingsschema
Baby’s hebben een eigen voedingsschema. Bij Kinderwoud streven we ernaar de voedingsgewoontes van thuis in overleg met de ouders zoveel mogelijk over te nemen op het kinderdagverblijf.
Drinken
We bespreken of je kind borst- of flesvoeding krijgt. Op de opvang kunnen we je baby afgekolfde moedermelk geven. Ook kun je als moeder zelf borstvoeding komen geven.
Om de mondontwikkeling en de mondspieren te stimuleren, laten we de kinderen zo snel mogelijk drinken uit een gewone beker. Dit is belangrijk voor een goede spraak- en taalontwikkeling. Als een kind goed kan zitten – dit is vaak rond de acht maanden – kunnen we al starten met het drinken uit een beker. Dit doen we naast de reguliere borst- of flesvoeding.
Eten
In overleg met jullie/jou als ouder(s) beginnen we met het geven van de eerste fruit- en groentehapjes. Volgens de richtlijn ‘Voeding en eetgedrag voor de Jeugdgezondheidszorg’ is dit tussen de vier en zes maanden. We geven dan een paar lepeltjes per oefenmoment. Vanaf zes maanden vervangen we de melkvoedingen steeds meer, ook weer in overleg. Je kind gaat dan steeds meer echte maaltijden eten.
Het consultatiebureau adviseert rond de leeftijd van zeven maanden ’s middags een warme groentehap te geven. Als je dat als ouder(s) wilt, geven we het hapje tot de leeftijd van ongeveer een jaar. Je geeft zelf de groentehap mee. Tussen de zes en acht maanden gaan we over op brood. Ook dit doen we weer in overleg en is afhankelijk van wat je kind al kan.
Is je kind ouder dan een jaar, dan volgt het de dagindeling van de opvanglocatie. Hierin zijn een aantal vaste eet- en drinkmomenten opgenomen.